Aan tafel - bij Erlend Van Maele

In de reeks ‘Aan tafel’ breng ik portretten van tijdgenoten. Door te leren over hoe andere mensen eten kunnen we beter begrijpen wat voor wie van tel is en waarom. Op den duur kunnen we zicht krijgen op een waaier van geneugten, verlangens en visies wat betreft voeding. Wat we eten is iets dat ons allemaal aanbelangt en dat ons verbindt met onze landbouw, ons landschap, en met elkaar. 

Erlend Van Maele is 44 jaar en woont in Gent, is getrouwd en heeft 3 kinderen (zoon van 14 en 2 dochters, van 12 en 10). Hij is projectmanager bij DEME. Daarnaast gaat hij super graag (en veel) naar concerten, luistert hij zoveel mogelijk muziek, doet hij niets liever dan afspreken met vrienden, en daar hoort lekker eten bij. Erlend is dan ook al lang volger van ‘Spijs doet eten’. Tijd om hem eens in beeld te brengen!

Dag Erlend, een eerste vraag voor jou… Wat eet je op een doordeweekse dag?

Omdat wij allebei werken en niet thuis zijn voor 18u, maken we in de week meestal eenvoudige maaltijden. Weliswaar zo veel mogelijk vers! Inspiratie vinden we bij het tv-programma Dagelijkse Kost,  weekmenu’s van Colruyt, … enz. Dat kan heel uiteenlopend zijn. Vlees en groenten, pasta, vis, …. Op zaterdag wordt er meestal niet gekookt, wegens andere activiteiten. Op zondag mag het dan al eens wat meer zijn.  

Wat wil je eten als het feest is? 

Het belangrijkste aspect van een feest is voor mij het samen aan tafel zitten met mensen die ik graag zie. Wat er dan op tafel komt, maakt mij niet zoveel uit. Er zijn heel véél dingen die ik graag eet. Zo ben ik verzot op de klassieke Franse of Vlaamse keuken en daarmee bedoel ik een lekker stuk vlees met verse groentjes. Maar ik kan ook ontzettend genieten van eens goed uit eten te gaan in een gerenommeerd restaurant. Op dat vlak zijn we in Gent meer dan verwend. Ik denk aan Publiek, de Vitrine, Roots, Souvenir, Vrijmoed, Karel de Stoute…. en niet te vergeten, we hebben hier ook nog eens gewweldige Aziatische restaurants (Aroy Aroy, Kin Khaoh, …), Italiaanse (Il mezzogiorne, per bacco, ….). Veel te veel om op te noemen. 

Maar… bovenal heb ik de voorbije jaren genoten bij Pastoor. Enerzijds om het voortreffelijke eten, maar anderzijds vooral omwille van de sfeer. Eén tafel, één gezelschap (max. 12 personen), één kok. Zo ontzettend gezellig was dat. Alles was goed aan dit concept. Jammer genoeg is Edward, de zaakvoerder, hiermee gestopt. Ik mis het.


Pastoor klinkt alsof het iets heel unieks was. Het draaide om eten maar nog veel meer om het samenkomen aan tafel, rondom koken en eten. Zie ik het goed dat dit belangrijk is voor jou?

Oh ja. Tijdens de coronacrisis heb ik regelmatig samen met vrienden gekookt om de sleur van de lockdown te doorbreken. Dat deden we dan - uiteraard - buiten. Het was een heerlijke manier om toch samen te zijn, om de isolatie te vergeten…  om het leefbaar te houden zeg maar. De max gewoon. ’s Ochtends vroeg beginnen, een hele dag koken, leute maken en ’s avonds een lekker menuutje verorberen. 

Kook jij thuis altijd zelf en wie heeft jou leren koken? 

Ik kook zeker en vast zelf. Tijdens de week wisselen we af, wie er eerst thuis is, of tijd heeft, die kookt. Als er mensen op bezoek komen, dan sta ik meestal in de keuken. Om te beginnen vind ik het bijzonder fijn om mensen uit te nodigen. Een menu bedenken, de ingrediënten verzamelen, bijpassende dranken zoeken, en dan een dagje in de keuken. Zalig gewoon. 

Mijn eerste ervaringen met koken deed ik op bij de scouts. Koken op een houtvuur: worsten, ‘patatten’, appelmoes… zulke dingen. Al doende leerde ik bij. Af en toe eens meegaan op kamp of weekend om te koken voor de kinderen heeft geholpen. Zo leerde ik wel wat basistechnieken en van het een kwam dan al gauw het ander.  

Rond mijn 22ste ben ik tenslotte kooklessen gaan volgen in het KISP (volwassenenonderwijs, red.), samen met enkele van mijn  vrienden. Dat was een fantastische tijd: beginnen bij de basis, technieken en ingrediënten leren kennen, en na paar jaar best wel leuke menu’s kunnen klaarmaken. Samen koken, samen eten, ik geniet daar heel erg van. Ooit zijn we voor oudejaarsavond naar Zeeland gereden om zelf oesters te plukken en even snel over en weer naar de Champagne om…ja... Champagne te gaan halen. Niet op dezelfde dag, maar een dag ervoor of zoiets. Ja, de ervaring om het eten heen, de voorbereiding, wat voorafgaat aan het kookproces  is iets wat voor mij al even belangrijk is als het koken zelf.

 

Als dat geen voorbeeld is van hoezeer eten een rol kan spelen in de manier waarop je in de wereld staat. Mooi, Erlend. Ik moet ineens denken aan hoe we dan lokaal in de wereld staan. Is er een streekproduct waar je van houdt?

Zeker, stoverij vind ik een heerlijk gerecht. Zeer eenvoudig om te maken en oh zo lekker! De juiste ingrediënten zijn wel belangrijk: degelijk stoofvlees of varkenswangen en daarbij lekker bier. Met verse frietjes, verse mayonaise en wat rauw witloof. Meer moet dat niet zijn. En uiteraard met bijpassend biertje (bij voorkeur Chimay bleu of Sint Bernardus 12).  

Als fiere Gentenaar mag ik uiteraard ook niet vergeten iets te zeggen over ons lokale stoofgerecht, de ‘waterzooi’. Ik heb er in het bijzonder de herinnering aan dit te maken voor een eetfestijn van de scouts. In grote hoeveelheden dus! Met een kookploeg. En wat daarnaast nog…? Ha, om iets op en top Gents te noemen: Kroakemandels met een vers getapt fris pintje. Dat zijn In olie gebakken, flink gezouten erwten die uit een puntzak gegeten worden en vooral tijdens de Gentse Feesten te krijgen zijn. Er zijn niet veel mensen die dit nog kennen. De vraag is dan ook: hoe lang ga je dit nog vinden. 

Oh, ik kende dat niet. Intrigerend zeg... Hoog tijd om dit soort van gerechtjes te conserveren. Misschien is dat al gebeurd? Het bewaren van tradities lijkt me zo belangrijk om verbonden te blijven met wat we eten.

Absoluut. Soms zit schoonheid in heel eenvoudige traditionele combinaties. Een dikke snede grof brood (liefst zelf gebakken desembrood), met ‘huufdvlakke’ (kopvlees, red.) en tierentynmoster (typisch Gentse versie van Franse mosterd, red.). Of een boterham met gehakt en pickles van Tierentyn. Hemels lekker eten hoeft niet duur te zijn hé. Oeh! En Mosselen met frieten!!!  

Mosselen met frieten, ik leer het aan elke buitenlander die ons landje voor de eerste keer bezoekt. In Zweden spreken ze er nog over, haha!

Nog een laatste vraag, Erlend. Ik vind dat jij, door de manier waarop je bewust bezig bent met wat je eet en vooral hoe je kookt - in relatie tot anderen - stevig bijdraagt aan een verbindende relatie met voeding. Sta jij daar weleens bij stil? En wat denk jij, kunnen we de wereld veranderen door de manier waarop we eten?  

Absoluut! Korte keten, seizoensgroenten en -fruit, eerlijk vlees, warme bakker, … Al gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat ik er zelf ook veel te weinig in slaag om naar een echte beenhouwer te gaan, of naar de bakker… 

Ja, de manier waarop we ons leven ingericht hebben heeft een impact op de manier waarop we onszelf van voeding voorzien, en omgekeerd uiteraard. Het is nu eenmaal niet altijd zo evident om aparte winkels aan te doen als ze niet op je dagelijkse route liggen. Ik denk ook niet dat we daarop moeten focussen. We doen wat we kunnen. Ik onthoud van dit gesprek met jou vooral een gevoel van respect voor goede producten en een avontuurlijke manier om ervan te genieten. Fantastisch vind ik dat! Op die manier ben jij, samen met de mensen waarmee je dit deelt, eigenlijk de wereld al wat aan het veranderen. Doe zo verder, zou ik graag zeggen! En neem mij eens mee hé, naar Zeeland en naar de Champagne ;)

Hahaha Nele, OK, it’s a deal!






Vorige
Vorige

Aan tafel - bij Ine Heynen

Volgende
Volgende

Aan tafel - bij Jelrik van Berkel